subscribe: Posts | Comments

Cavia, of thuiskoffie. Kort verhaal

Reacties uitgeschakeld voor Cavia, of thuiskoffie. Kort verhaal
Cavia, of thuiskoffie. Kort verhaal

Cavia’s worden gretig gefokt in Polen en over de hele wereld. Deze kleine harige knaagdieren worden gehost in veel huizen in Polen en over de hele wereld. Waar komt hun naam vandaan? Hoe zijn ze in Europa terechtgekomen?

Een paar jaar geleden werd in kranten en nieuwsportalen aangekondigd dat de cavia in het Pools niet langer de naam “cavia” draagt, maar “thuiskoffie”. De naamsverandering heeft veel cavialiefhebbers verrast. Het lijkt niet geaccepteerd te worden in de alledaagse taal, maar het was nodig om wetenschappelijke redenen. Het is de moeite waard eraan toe te voegen dat de Latijnse systematische naam van de cavia cavia porcellus is. Het woord “cavia” komt uit Indiase talen, het woord “porcellus” betekent “varkentje” in het Latijn. Het is niet helemaal duidelijk waarom deze dieren in veel talen “varkens” worden genoemd. Misschien heeft het te maken met de karakteristieke geluiden die cavia’s maken of met hun ronde vorm.

De Poolse term voor de cavia komt van het Duitse woord “Meerschweinchen”. Het betekent “zee big”; dolfijnen werden in Duitsland ook zo genoemd. Er werd immers erkend dat de geluiden van dolfijnen en cavia’s erg op elkaar kunnen lijken.

De geschiedenis van de Engelse naam voor de cavia, “guinea pig”, is ook complex en omstreden. Cavia’s zijn niet inheems in Guinee, dus de Engelse naam klinkt iets minder absurd dan het Poolse “cavia”. De meest waarschijnlijke verklaring is dat Afrikaans Guinea wordt verward met Amerikaans Guyana. Een andere theorie is dat schepen uit Amerika cavia’s over de Amerikaanse kust vervoerden, en dit leidde tot de verwarring. De derde opvatting is dat Guinee in het oude Engels werd geassocieerd met alle exotische, tot nu toe onbekende goederen. Er zijn veel andere opvattingen, maar geen enkele heeft sterke feitelijke ondersteuning.

De cavia is een van de vroegst gedomesticeerde dieren. Indianen van de Andes, de hoogste bergen van Amerika, fokten al 7.000 jaar geleden cavia’s. Dit blijkt uit vele archeologische vondsten, voornamelijk prehistorische Indiase gebouwen in Ecuador en Peru. Cavia’s in Amerika werden niet gefokt als gezelschapsdieren, maar voor vlees. Hun schoonheid werd echter opgemerkt: ze verschijnen vaak in de oude kunst (schilderkunst, keramiek en beeldhouwkunst) van de Andes-indianen.

Cavia’s kwamen vroeg naar Europa. Al aan het begin van de middeleeuwen en de renaissance werden ze hierheen gebracht door de conquistadores, de Spaanse veroveraars van Amerika. Zoals veel dieren en planten van de nieuwe wereld, werden ze snel in de mode. Ze waren geliefd bij aristocraten en zelfs vorsten (bijvoorbeeld koningin Elizabeth I van Engeland). In het Amerikaanse thuisland van cavia’s veranderde de situatie echter niet, de Indianen bleven ze voornamelijk fokken voor vlees. De cavia is net als het tamme varken een goedkoop dier om vlees te houden, het kan immers plantenresten van huis en boerderij eten. Dus alle gastheren konden ze betalen. Hun populariteit werd vergroot door het feit dat ze populaire geschenken waren en door hun grote rol in de ceremonies van de inheemse Amerikaanse stammenreligies.

Met het verstrijken van de tijd zijn cavia’s een niet-slachtdier geworden, ze worden nu gehouden als gezelschapsdieren of sierdieren. Door de verandering in bruikbaarheid werden tientallen nieuwe rassen gefokt. Een soortgelijk proces heeft ook plaatsgevonden bij andere huisdieren: de meeste honden en katten, zoals de meeste cavia’s, worden gefokt voor persoonlijk plezier en gezelschap.